‘Zo klein als mycorrhizaschimmels zijn, zo groot is hun impact op de gezondheid van de plant!’
– Rene Verhoeven, product development manager Plant Health Cure
Wat zijn mycorrhiza?
Het belang van een gezonde bodem
In een gezonde bodem leven grote aantallen schimmels, bacteriën, insecten, mijten, regenwormen en aaltjes. Al deze organismen hebben invloed op de groei van planten en bomen. Een levende bodem heeft daarnaast een gunstig effect op insecten, vogels en planten en is daarmee een voorwaarde voor biodiversiteit.
Uit onderzoek weten we dat van al dat leven in de bodem mycorrhiza-schimmels een cruciale rol spelen in het bodemvoedselsysteem. De opname van voedingsstoffen en water via de wortels wordt in de natuur voor het grootste deel door mycorrhiza verzorgd.
Mycorrhizaschimmels zijn erg oud. De succesvolle invasie van het vasteland op aarde door groene planten – zo’n vierhonderd miljoen jaar geleden –, is waarschijnlijk te danken aan de intieme relatie (symbiose) met deze wortelschimmels. Mycorrhiza werd de meest wijdverspreide symbiose in het plantenrijk, voor veel planten onmisbaar voor hun voortbestaan.
Wat doen mycorrhiza?
Grieks > mycorrhiza: mukès/mykos = schimmel; rhiza = wortel
Mycorrhiza is de verzamelnaam voor bodemschimmels die van nature een symbiotische relatie aangaan met het wortelsysteem van planten*. Het merendeel van alle planten leeft samen met mycorrhizaschimmels. Schimmels én planten profiteren daarvan: de plant levert glucose (suikers) aan de schimmels, de schimmels op hun beurt halen vocht en voedingsstoffen uit de bodem en leveren die aan de plant. Landbouwgewassen als maïs, aardappelen, tarwe, tomaten, paprika’s en bonen kunnen veel baat hebben bij de schimmels. Maar ook veel kamerplanten, de meeste bomen en de meeste plantensoorten in grasland. Een theelepel grond kan kilometers aan schimmeldraden bevatten.
* Waar we planten schrijven, bedoelen we steeds planten, bomen, grassen, struiken en gewassen.
Twee soorten mycorrhiza
We onderscheiden twee soorten mycorrhiza:
- Endomycorrhiza (of arbusculaire mycorrhiza). Deze schimmels komen overal ter wereld voor, bij zo’n tachtig procent van de plantensoorten. Ze zijn ook uitermate belangrijk voor de land- en tuinbouw. Endomycorrhiza groeien met schimmeldraden (hyfen) tot in de wortelcellen van de planten en vormen daar uitwisselingsorganen in de vorm van een soort ‘boompje’ (arbuscules). Bovendien maken de schimmels in de wortels opslagblaasjes (vesicles) voor moeilijker tijden. Endomycorrhiza zijn nauwelijks selectief bij het kiezen van hun gastplant. Er zijn wereldwijd ongeveer honderdveertig soorten.
- De tweede soort mycorrhiza – de ectomycorrhiza – komt hoofdzakelijk voor bij verschillende boomsoorten, zoals beuk, eik, linde, berk, populier, wilg, hazelaar, den, spar, lariks en ceder. De schimmels vormen paddenstoelen met sporen. De bekendste en opvallendste zijn truffel, eekhoorntjesbrood, cantharel en vliegenzwam. De vruchtlichamen van deze paddenstoelen behoren ook tot de mycorrhizaschimmels. Echter, de meeste mycorrhiza vormen microscopisch kleine sporen. De schimmeldraden groeien bij dit type om de buitenkant van de plantenwortel heen (ecto betekent buiten). Er kunnen meerdere soorten op een worteltje groeien.
Hoe werkt symbiose?
De mycorrhiza-symbiose is een samenwerking tussen schimmels enerzijds en plantenwortels anderzijds. Het gaat om een mutualistische symbiose, wat betekent dat beide organismen er baat bij hebben. In ruil voor plantensuikers (glucose) uit de wortels, leveren de schimmels mineralen en water aan de planten.
Een theelepel grond kan kilometers aan (endo)mycorrhiza-schimmeldraden – of hyfen – bevatten. De lange schimmeldraden hebben een enorm bereik, tot diep in de microporiën van de bodem. De ruimte tussen die microporiën is te klein voor wortelgroei, maar de schimmeldraden kunnen er wel bij. Vandaaruit transporteren de schimmels water en mineralen naar de plantenwortels.
Omdat de schimmels onder de grond leven en dus geen zonlicht vangen, kennen ze geen fotosynthese en kunnen ze geen suikers (glucose) produceren. Daarvoor zijn ze volledig afhankelijk van de plant. Van alle suikers die de plant produceert, wordt vaak zo’n tien tot twintig procent aan de mycorrhizaschimmels doorgegeven.
Planten op hun beurt kunnen wél zelf mineralen opnemen en zijn dus meestal niet volledig afhankelijk van mycorrhiza. Maar… zodra de beschikbaarheid van voedingsstoffen in de bodem beperkt is, zijn mycorrhizaschimmels juist erg belangrijk. En soms zelfs bepalend voor de overleving van tal van planten.
De kracht van mycorrhiza
Wat zijn nu concreet de voordelen van mycorrhiza voor de groei van planten?
Deze voordelen hebben betrekking op een aantal aspecten:
Grotere opname-capaciteit voedingsstoffen
Door het schimmelnetwerk rond de wortels neemt de opnamecapaciteit van voedingsstoffen sterk toe, bij een dichte mycorrhizabezetting zelfs tot wel zevenhonderd procent. Mycorrhiza groeien in de microporiën van de bodem. De ruimte tussen die microporiën is te klein voor wortelgroei, terwijl er zich juist wel veel mineralen en water bevinden. De schimmeldraden transporteren de mineralen en het water direct naar de plantenwortels.
Betere vochtopname en bescherming tegen droogte
Door het schimmelnetwerk rond de wortels neemt dus ook de opnamecapaciteit van water sterk toe. Dat heeft een direct effect op de plantengroei, het stelt de planten met name in staat om door droge periodes heen te komen. Een gezond bodemleven met een goede mycorrhizabezetting kan zo bijdragen aan een betere weerbaarheid van het gewas bij langdurige droogte.
Organische stofvoorziening en bodemstructuur
Mycorrhiza zijn ook belangrijk voor de organische stofvoorziening in de bodem. Mycorrhiza produceren glomaline, een lijmachtige stof die zorgt voor hechting van bodemdeeltjes aan elkaar. Dit heeft een positief effect tegen verdichting en erosie van de bodem. Omdat een derde van het bodemleven bestaat uit mycorrhiza-draden, is er sprake van een aanzienlijk effect.
Betere bescherming tegen ziekten en plagen
Door het schimmelnetwerk in en rond de wortels worden planten minder makkelijk aangetast door aaltjes, bacteriën of andere, ziekmakende schimmels. Schadelijke aaltjes bijvoorbeeld dringen bij een wortel met goed ontwikkelde mycorrhiza moeilijk door het netwerk van schimmeldraden heen. Ook zorgen de verbeterde voedingstoestand van de plant en de verminderde waterstress ervoor dat de plant op zich sterker is. Planten zijn daarmee weerbaarder tegen ziektes.